Risicofactoren voor hartfalen

Eén enkele risicofactor kan voldoende zijn om hartfalen te veroorzaken, maar een combinatie van factoren verhoogt het risico.

  • Hoge bloeddruk
    Het hart werkt harder dan het zou moeten als de bloeddruk hoog is.
  • Coronaire ziekte
    Vernauwde arteriën kunnen de toevoer van zuurstofrijk bloed naar het hart limiteren, wat resulteert in een verzwakte hartspier.
  • Hartaanval
    Beschadiging van de hartspier door een hartaanval kan betekenen dat het hart niet langer kan pompen zoals het zou moeten doen.
  • Onregelmatige hartslag
    Een abnormaal hartritme kan zorgen voor extra werk voor het hart, waardoor de hartspier verzwakt.
  • Diabetes
    Diabetes verhoogt het risico op hoge bloeddruk en hartvaatziekte.
  • Sommige medicijnen
    Sommige medicijnen geven een verhoogde kans op de ontwikkeling van hartfalen.
  • Slaapapneu
    Mensen met slaapapneu hebben 's nachts veelvuldige periodes van ademhalingsstilstand. Het resulteert in lage bloedzuurstofwaarden en een verhoogd risico op abnormale hartritmes. Beide problemen kunnen het hart verzwakken.
  • Congenitale hartdefect
    Aangeboren hartafwijkingen leiden vaak tot stoornissen in de pompfunctie met mogelijks hartfalen tot gevolg.
  • Virussen
    Een virale infectie kan de hartspier beschadigen.
  • Alcoholgebruik
    Te veel alcohol drinken kan de hartspier verzwakken en leiden tot hartfalen.
  • Nierproblemen
    Deze kunnen bijdragen tot hartfalen omdat vele ervan leiden tot hoge bloeddruk en vochtretentie.